Categoriearchief: Borneo

Deel 4: Turtle Island & Kota Kinabalu

Wanneer je naar Borneo gaat moet je zeker Selingan of Turtle Island bezoeken. Dit prachtige eiland licht tussen de Filipijnen en is vanaf Sandakan binnen een uur met een speedboot te bereiken. Naast parelwitte stranden vind je er ook een prachtig koraal en vanzelfsprekend honderden schildpadden.

Overdag maakte we gretig gebruik van het strand en de zee. Op het eiland kan je snorkels huren en dit deden we. Je hoeft maar enkele meters de zee in te lopen en je bevindt je tussen het mooiste koraal met vissen in alle mogelijke kleuren. Het is echt geweldig om mee te zwemmen met een school Nemo’s of met een groep zeepaardjes.

Turtle Island

Op een gegeven moment kwamen we zelfs een vleesetende schelp tegen. Onder water vonden we een schelp zo hard als steen die zeker zo’n vijftig centimeter hoog was. Gelukkig kwamen we niet vast te zitten in dit monster: wanneer je er een steentje ingooit ging de schelp keihard dicht.. een goede manier om benen te amputeren.

Op het strand kwamen we Fred & Richard Smith weer tegen, twee Engelse jongens die we eerder al in het longhouse tegenkwamen. Ze renden enthousiast op ons af en wezen naar een plek op het strand waar honderden kleine schildpadden tegelijk hun weg naar het water vonden. Je mag deze schildpadden niet aanraken omdat dit hun magnetische veld verstoort: de schildpadden keren later weer terug naar hun geboorteplaats om te paren.

schildpadden, net uitgekomen & kruipen direct naar de zee

In de nacht komen er grote zeeschildpadden om eieren te leggen op het strand. Hoe laat ze komen is echter onbekend: we moesten dan ook de nodige tijd doden. In de tussentijd speelde we poker met Fred & Richard met als inleg een stel rietjes. Toen er geroepen werd dat er een schildpad werd gesignaleerd renden we als gekken naar het strand om de bevalling mee te maken.

Ondertussen begon het zwaar te onweren en kwam er een stevige moessonregen neer. Dit alles maakte het een erg spectaculair schouwspel: de lucht laaide continu op door de vele flitsen en ondertussen legde de schildpad tientallen eieren. Niet de meest relaxte bevalling lijkt mij…

Bevalling van een schildpad

Na een korte nacht gingen we de volgende ochtend weer terug naar Sandakan  alwaar we zelf de reis naar Kota Kinabalu moesten regelen.

Kota Kinabalu: toeval bestaat

Voordat we weer werden afgezet bij ons hotel kregen we nog een chique lunch aangeboden in een mooi resort. Erik had honger en rende meteen naar het buffet om zijn bord vol met taart te scheppen (waar ze er overigens erg veel van hadden).  De wat verbaasde ober kwam vervolgens naar onze tafel om te vragen wat we wilden eten (het buffet bevatte alleen desserts en bijgerechten), die arme Erik met zijn bord vol met taart haha. Ze lette daar overigens wel erg goed op, steeds als je het glas met ijskoud water weer leeg had rende één van de vele obers naar je tafel om hem weer vol te schenken.

De volgende dag moesten we zelf uitzoeken hoe we bij ons hotel in Kota Kinabalu zouden komen. Het vinden van de goede bus bleek nog een behoorlijke uitdaging: bij de bushalte stonden tientallen bussen die je maar al te graag meenamen naar een willekeurige bestemming. Uiteindelijk hebben we een taxi genomen om vervolgens met de goede bus richting Kota Kinabalu te reizen.

In Maleisië weten ze wel hoe je vaart moet maken: de buschauffeur racete over de weg en nam de haarspeldbochten wel erg soepel. Vooral toen het wat mistiger werd was de bustocht behoorlijk spannend, maar gelukkig hadden we enkele prachtige Maleisische films om naar te kijken 😛

Eenmaal aangekomen in Kota Kinabalu dwaalde we wat rond in deze grote stad. We kwamen nog een leuke Filipijnse markt tegen waar je lekkere vleesjes kon kopen. In deze grote stad kwamen we op deze markt heel toevallig nog onze Franse vrienden tegen die we eerder hadden ontmoet tijdens de Red Ape Trail: toeval bestaat dus!

Even uitrusten in Berenggis

Reizen is leuk, maar ook erg vermoeiend! De laatste drie dagen van onze vakantie brachten we dan ook door op een resort aan het strand… en dat was allesbehalve een straf! Naast de mooiste luchten konden we ook genieten van de koele zwembaden, het heerlijke eten en de prachtige stranden.

Deel 3: op weg naar Sandakan

Doodop kwamen we weer aan in Kuching. Op de terugweg reden er twee lokale meisjes van de stam mee, onze gids probeerde ons nog te koppelen wat daar gebruikelijk is, maar we gingen lekker slapen. Zelf is hij ook getrouwd toen hij in de twintig was met een meisje van vijftien: in dit soort stammen is leeftijdsverschil dus no problemo. Zijn conclusie was dat Nederlanders verlegen zijn met de meisjes 😛

In de avond kwamen we nog een modeshow tegen. Sommige vrouwen waren gekleed in mooie jurken maar er waren er ook die het wel erg bond maakten. Zo was een vrouw met enorm lange nagels, een soort kat/tijgerpak en haar gezicht zat vol met makeup waardoor ze net een Maleisische tijger leek. We wilden ook even genieten van de modeshow, maar we konden de ingang niet vinden; hierdoor liepen we bijna de catwalk op waar alle fotografen klaar stonden voor een foto. Overigens vonden de modellen vooral Erik interessant door zijn blonde haar, dat komt daar bijna niet voor.

Wanneer je daar rondloopt word je overigens met regelmaat op de foto genomen. Borneo is niet enorm toeristisch en blanken vallen daar nogal uit de toom. Op de eerste dag vroegen twee jongens van onze leeftijd dan ook of we een foto wilde maken. Ik vond het prima, ik nam aan dat hij een foto wilde van zichzelf met zijn vriend voor een mooi gebouw… maar nee, hij wilde meerdere keren met Erik en mij op de foto om aan zijn vrienden te laten zien haha

De volgende dag moesten we weer vroeg op om naar het vliegveld te vertrekken. We namen twee binnenlandse vluchten om richting via Kota Kinabalu door te vliegen naar Sandakan. Op de tweede vlucht hadden we een propellervliegtuigje, met lichte vliegangst is dat toch wel spannend… Grappig was het dat ondanks het feit dat de vlucht maar een uurtje duurde het personeel toch voor iedereen warme maaltijden klaarmaakten.

propellervliegtuigje

Toen we nog aan het opstijgen waren duwden de stewardessen het voedsel karretje omhoog, het vliegtuig stond nog helemaal scheef omhoog. Nu begrijp ik waarom de stewardessen daar zulke spierballen hebben (:

Vliegtuigmaaltijd

Sandakan: een troosteloos plaatsje

Voordat we op excursie gingen hadden we een vrije middag. Sandakan is een wat naargeestiger stadje alwaar je de armoede van dichtbij ziet. Sommige mensen doen hun behoefte gewoon op straat, de flatgebouwen zijn troosteloos en zwart uitgebakend en de straten zijn er vies. Toch zijn de mensen ook in Sandakan enorm vriendelijk & gastvrij, op een gegeven moment werd je bijna moe van het beantwoorden van de vraag how are you?

In de avond besloten we om bij een lokale toko te gaan eten. In Kuching gingen we voor de wat meer toeristische tenten omdat we bang waren voor de hygiëne in de keuken, maar nadat we het eten in de jungle hadden overleeft  konden we dit ook wel uitproberen… Voor een euro had je een glas cola en een lekkere kerrie maaltijd. Het eten was heerlijk, maar we genoten er toch wat minder van toen we een reusachtige kakkerlak zagen rondlopen.

Na een avondwandeling gingen we terug naar het hotel, de volgende dag gingen we naar Sepilok wat een opvangcentrum is voor orang-oetans.

Sepilok excursie: opvangcentrum voor orang-oetans

De volgende dag was het tijd voor de eerste excursie: we gingen naar Sepilok! We ontmoetten meteen onze gids voor de komende dagen die een stuk gemoedelijker was dan onze vorige gids, hij was dan ook geen stamlid. De beste man was nog vrij verbaast dat we zo jong waren, we waren de jongste toeristen die hij ooit had gezien op het eiland (we waren toen zeventien).

Eerst werden we naar een soort huizen in het water gereden, dit was het vertrekpunt voor de verschillende excursies in de regio. Overigens hadden ze het hier niet zo arm: in het onderstaande huis zou ik ook nog wel kunnen vertoeven met een leuk filmpje!

Daar zou ik ook nog wel willen wonen!

Met de bus reden we naar Sepilok, onderweg vertelde onze gids ons de algemene regels en gaf hij aan waarom je bij de groep moest blijven. Het is twee keer gebeurt dat een Fransman zich afzonderde van de groep. In beide gevallen vond een vrouwelijke orang-oetan de beste Fransman zou aantrekkelijk dat ze hem begon te masseren en al zijn kleren uittrok. Orang-Oetans zijn erg sterk, dus daar kan je niets tegen beginnen… Gelukkig waren we niet Frans dus echt zorgen maakte we ons niet.

In het park was het vooral leuk om er bij de voertijd bij te zijn. Later zouden we de orang-oetans  ook nog in het wild zien tijdens een boottochtje.

Kinabatangan Riverside Lodge

Na het bezoek aan Sandakan gingen we weer terug naar de aanlegplaats om een speedboot met twee enorme motoren te nemen. We maakte een lekker relaxed tochtje langs het platteland en langs de jungle op weg naar de Kinabatangan Riverside Lodge waar we een nachtje zouden slapen. Bij de lodge hadden ze gebakken bananen met een knapperig korstje, lekker!

Net voor het vallen van de avond maakte we nog een boottochtje richting de jungle. Hier zagen we nog vele apen, een wilde orang-oetan en meerdere toekans

De volgende dag gingen we weer terug naar Sandakan om te genieten van de laatste dagen van onze vakantie. We gingen nog naar het beroemde turtle island om daarna door te gaan naar Kota Kinabalu wat de hoofdstad is van het Noordelijke deel van Borneo, de volgende keer weer meer!

Deel 2: Red Ape Trail: trektoch met stam door de jungle

Voordat we zouden beginnen aan de Red Ape trail hadden we eerst nog een dag om vrij rond te dwalen door het traditionele dorp Kuching… en dat is absoluut geen straf! De traditionele winkeltjes met prachtig houtwerk, de vriendelijke lokale bevolking en de mooie boulevard aan het water gaven dit stadje een gemoedelijke uitstraling.

Erik had last van zijn oren gekregen door het vliegen, we gingen dan ook op zoek naar een ziekenhuis. Hier zag je toch wel dat het land nog wat achterloopt: in de wachtkamer liep een vrouw met bloedend hoofd druk bellend heen en weer terwijl er verderop in de wachtkamer een man in een bed lag met een uitstekend bot. Gelukkig hadden wij alleen maar wat pilletjes nodig tegen de oorpijn…

Ook bij het openbaar vervoer heerst een aparte mentaliteit: de buschauffeur komt met regelmaat niet als hij er geen zin in heeft. We konden gelukkig een taxi delen met een vriendelijke Nederlandse vrouw die daar was om haar man te bezoeken die in het ziekenhuis lag.

In de avond gingen we opnieuw eten in ons favoriete restaurant in Kuching gelegen aan de boulevard. Door de vrolijke lichtjes en het vele leven op straat kon je je tot laat in de avond vermaken. We zijn ook nog naar de overkant geweest met een bootje om rond te dwalen in de wat minder luxe wijken: daar was het wel wat meer sinister: verderop hield de verlichting op dus besloten we om maar weer terug te gaan.

Red Ape Trail: op weg naar vijf uitputtende maar bijzondere dagen

De volgende dag stonden we goed uitgerust klaar: die rust hadden we wel nodig, want we zouden vijf dagen lang echt midden in de jungle overnachten! Vroeg in de ochtend werden we opgehaald door dezelfde gids als enkele dagen eerder die ook oorspronkelijk bij een stam in de jungle heeft gewoond. De opeenvolgende dagen zouden we zijn gast zijn.

Maar voordat het zoveel was moesten we eerst ruim zes uur rijden. Wanneer je wagenziek bent is dit geen pretje, een achtbaan stelt niets voor in verhouding met de kwaliteit van de wegen daar (ben er nog misselijk van :P). Tussendoor maakte we een stop bij een lokale markt alwaar we waterschoenen moesten kopen voor de momenten waarop we door de rivier moesten banjeren.

Daarnaast konden we ook enkele vruchten kopen die ze voor het avondeten konden bereiden. We kochten een erg aparte en na enkele uren jammer genoeg stinkende vrucht, nu snappen we ook waarom hij verboden was in de meeste hotelkamers (-: Op de lokale markt kan je overigens ook veel exotische dieren kopen: van slangen tot (levende!) zeeschilpdadden. Foto’s waren niet toegestaan (zou dat soms te maken hebben met de verboden dieren die ze er verkochten?), maar toch heb ik wat plaatjes kunnen schieten.

Boottochtje in een door motor aangedreven kano

Na een lange autorit kwamen we aan bij een aanlegplaats waar we plaatsnamen in longboats. Longboats zijn een soort kano’s met motoraandrijving. Het varen was geweldig: je voelt de wind door je haren door de enorme snelheid en om je heen zie je van alles en nog wat gebeuren. Na een uur moesten we met regelmaat natte voeten maken: de rivier was daar ondiep waardoor we de boot moesten duwen.

Eenmaal aangekomen werden we rondgeleid door onze gids. De meeste stamleden wonen er in het zogenaamde longhouse en zoals de naam al doet vermoeden… het longhouse is inderdaad behoorlijk long! Het longhouse kent één groot, lang gemeenschappelijk deel waar voornamelijk de oudere bevolking de gehele dag zit te praten. Aan deze ruimte bevinden zich deuren waarachter de stamleden zelf wonen. Sommige stamleden hadden een eigen ruimte.

Wij sliepen zelf in een speciaal daarvoor gebouwd huis dichtbij het longhouse. We sliepen op een soort houten ondergrond binnen een klamboe tegen de muggen; niet overdreven comfortabel, maar prima voor zo’n afgelegen locatie. Ook het eten was in het longhouse lekker, dit komt waarschijnlijk doordat de vrouwen nog meehielpen.

In de avond gingen we voor het slapen nog even naar het longhouse. Hier schudde we de hand van het stamhoofd en dronken we wat Bacardi rijstwijn wat nog best te drinken is.

Red Ape Trail

De volgende dag maakte we ons klaar voor de Red Ape tocht, een enorm zware tocht door de jungle waarbij je met bepakking urenlang duur de dichtbegroeide jungle loopt. Gelukkig hadden we een team van dragers mee voor de nodige consumpties en onze gids leidde ons door rivieren, heuvels en begroeide paden heen.

Team van dragers en onze gids

De eerste dag liepen we nog niet zo ver, we hadden dus veel tijd over in het basiskamp. We rustte wat, hingen bij de rivier en probeerde een vuur te maken. Onze dragers kregen er vervolgens ook zin in en startte een enorm vuur rondom ons kamp, dat hield de muggen in ieder geval voor even weg 🙂

Groot vuur, ook om BH's te drogen

Toen we net aankwamen bij het eerste basiskamp reikte een stamlid ons een fles met een doorzichtige drank aan, ik dacht dat het water was dus ik nam meteen een flinke slok… het bleek echter whisky te zijn! Dat viel vrij zwaar, zeker op een lege maag… Gelukkig hadden we zelf wel water meegenomen.

We waren overigens niet de enige toeristen die de tocht maakten, onderweg ontmoeten we ook twee oudere Fransen van een jaar of 40-45. Met deze Fransen hebben we nog diepgaande gesprekken gehad, zij konden net zo goed Engels als wij Frans dus dat zorgde voor de nodige komische momenten. Die man werd helemaal wanhopig toen we niet begrepen dat hij van zweefvliegen hield en begon daarom als een gek met zijn armen te wapperen. In ieder geval is onze gebarentaal sterk verbeterd deze dagen.

Ook uitdagend is het overigens om een spelletje pesten te spelen met Fransen. Nadat je het spel hebt uitgelegd is het steeds weer balen als je een boer krijgt… want hoe zeg je ook al weer schoppen in het Frans?

Onderweg met de Fransen & 2 gidsen

We sliepen beide avonden in hangmatten net boven de grond. Wanneer je daar midden in de nacht licht zonder enkele lichtbron merk je pas echt hoe het is in de rimboe. Duizenden dierengeluiden: krekels, vogels, geritsel hier en daar… en jammer genoeg ook het zware gesnurk van een andere gids die mee was. Echt veel slapen doe je niet in de jungle, maar gelukkig was er koffie in de ochtend. Koffie.. en meerdere gekookte kikkers die ze uit een vijver hadden gevist. Gelukkig had ik geen honger die ochtend…

Hangmatten klaarmaken voor de nacht

Ergens was het wel jammer dat de heren de vrouwen thuis hadden gelaten: echt koken konden ze namelijk niet. Gaar was het wel, ze lieten kip gerust enkele uren op het vuur staan. De kip, of wat ervan over was, werd een soort kauwgom waar je amper doorheen kwam. Naast aangebrande kip waren er gelukkig ook blikvoer en rijst.

De tweede dag van de Red Ape Trail was het zwaarst, we moesten flink wat bergen beklimmen en pas na een uur of zes kwamen we aan bij het tweede kamp. Toen een stamlid vroeg of ik water wilde halen zei ik ja, er stond namelijk een waterton naast het kamp en die paar stappen wilde ik nog wel zeggen. Jammer genoeg had ik het verkeerd begrepen, het water moest namelijk van de rivier komen, zo’n 600 meter lager.

De jungle heeft geen paden dus al vallend en hangend aan takken ben ik afgedaald om een paar liter te halen. Wanneer je dat een keer doet krijg je veel respect voor de stamleden: zij doen dit altijd en zonder te kruipen… Zoals de gids al zei: de jungle is onze CreditCard: meer hebben ze niet nodig om te overleven.

Laatste afscheidsfeest

In de avond werden we nog uitgenodigd voor een feest in het longhouse, dit was wel erg leuk! Jonge, lokale meisjes deden een lokale dans en de mannen deden een soort krijgsdans met speren. Dit alles ging onder begeleiding van enkele instrumenten (een soort xylofoon en enkele trommels). De trommel in combinatie met een shot alcohol (naar gebruik in één keer naar binnen gieten) en een zwaar slaapgebrek zorgde wel voor behoorlijke hoofdpijn.

Moe maar voldaan kroop ik uiteindelijk naar en in mijn hangmat binnen het gastverblijf. Deze bijzondere ervaring zal ik in ieder geval nooit vergeten! Het is niet iets wat ik direct hoef te herhalen (echt heel zwaar!), maar het is wel goed om eens mee te maken hoe andere mensen leven. Ik ben toch maar blij dat ik hier geboren ben, ben toch wel een beetje een luxe mens denk ik haha

De volgende dag reisden we weer terug naar Kuching om de volgende dag met een binnenlandse vlucht naar de andere kant van Borneo te vliegen. In de tussentijd deden we nog bijna mee met een modeshow, werden we bijna uitgehuwelijkt en genoten we vooral van een warme douche en een zacht bed in ons hotel. De volgende keer weer meer!

Deel 1 Borneo reis: Kuching & Bako National Park

Hoera! Eindexamen achter de rug, thuis voor een avontuurlijke examenreis! Samen met Erik Zonneveld ben ik van 21 juni tot 10 juli naar het eiland Borneo geweest op Maleisië. Op deze blog kan je onze avonturen lezen & bekijken 🙂

Onze vliegreis met Malaysian Airways was relaxed. Toen we binnenkwamen om elf uur s’ ochtend kwam het personeel met dienbladen vol met bier tegen de zenuwen, je moet er maar zin in hebben zo vroeg (: Het mooie aan de Aziatische vliegtuigen is de gastvrijheid, je krijgt lekker veel te eten en je kan op elk moment drinken bestellen.

P1120154

Op de eerste dag kwamen we aan in Kuching, de hoofdstad van de regio Sarawak gelegen in het Zuidelijke deel van Borneo. Na wat problemen met de koffers (die lagen nog in Amsterdam) besloten we om op de eerste dag wat te relaxen.

Een gemiddelde temperatuur van 38 graden plus een hoge luchtvochtigheidsgraad voel je wel. Langs de prachtige waterrand kwamen we een taxi tegen, we besloten om voor een paar Ringgit een boottaxi te huren voor een boottochtje, één halfuur de ene kant op en een half uur de andere kant op. Aan de ene kant van de rivier zijn eenvoudige woningen te zien van de plaatselijke bewoners terwijl aan de andere kant van de rivier grote, luxe hotels staan.

Boottochtje + enkele foto’s Kuching

Bako National Park: tussen de apen

Na een goede nacht slapen genoten we van het ontbijt. Maleisië was vroeger een Engelse kolonie: hier zie je nog best veel van terug. Iedereen spreekt goed Engels en bij het ontbijt kan je gewoon ei, warme worstjes of brood krijgen. Ook de meer traditionele gerechten zijn best lekker als ontbijt: Maleisiërs ontbijten zelf met rijst & garnalen of vlees.

Na het ontbijt maakte we meteen kennis met onze gids: een wat ruige man van een lokale stam. Onderweg naar de aanlegplaats verteld hij ons van de gevaren van de natuur op Borneo. Het gif van de green viper doodt je binnen 20 minuten… en er bestaat geen tegengif! Gelukkig is hij ook niet goed te zien, de green viper heeft namelijk een goede schutkleur.

Behalve voor de slangen moesten we ook oppassen voor: vallende takken, ruige weeromstandigheden, agressieve apen, spinnen, schorpioenen… goed opletten dus in de jungle!

P1120432

Met gevaar voor eigen leven… de Green Viper!

In Bako National Park kan bevind je je midden tussen de andere dieren. We hadden een lodge waar we in sliepen en rond ons vertrek vonden we met regelmaat apen, zwijnen en allerlei soorten volgels. De apen zijn slimme jongens; ze wisten onze Koreaanse buurmeisjes te beroven van hun voedsel door naar binnen te rennen en door de koelkast open te breken.

Wanneer er een macho aap op je dak zit (te herkennen aan een grote hoeveelheid lawaai) kan je beter even binnen blijven. Die jongens houden er namelijk van om in te breken op zoek naar lekkerder eten.

Nadat we gesettled waren in onze lodge nam de gids ons mee naar een mooi strand. Hij leerde ons de basisoverlevingsregels om zelf veilig te kunnen rondlopen. Goed kijken, boven, beneden en natuurlijk voldoende liters water meenemen. Onderweg kwamen we naast allerlei apen ook een prachtig mangrovewoud tegen dat soms onder water staat en soms niet.

Op het eiland Bako vind je naast prachtige natuur ook de mooiste stranden. Omringd door rotsen kan je genieten van het mooie weer aan de rand van de jungle.

Een dodelijke, nachtelijke ontmoeting

In de avond maakte we een nachtwanderling. In de jungle is het ’s nachts vanzelfsprekend helemaal duister: we namen dan ook sterke zaklampen mee. We spotten onder andere het nest van een vogelspin en een scorepioen… brrr…

Op de terugweg kreeg onze gids opeens haast. Hij begon als een bezeten te rennen en plotseling raakte hij in paniek: hij stond bijna op een spitting cobra! Het gif van de spitting cobra is dodelijk en de spitting cobra spuit dit gif vaak in de ogen van de prooi om die blind te maken. We rende dan ook een behoorlijk stuk, maar we hebben het gelukkig overleeft…

De volgende dag begon het plotseling hard te stormen en moesten we een tijdje schuilen. Tegen de middag was het weer tijd om terug te gaan naar Kuching alwaar we ons konden voorbereiden op de zware Red Ape Trail… de volgende keer meer hierover!

Borneo reisoverzicht

Op deze blog kan je al onze ”avonturen” op Borneo lezen. Als examenreis wilden we wat bijzonders doen en uiteindelijk besloten we om het niet zo toeristische Borneo te bezoeken.

21-jun Vertrek Amsterdam
22-jun Aankomst Kuching Harbouw View
23-jun Bako NP excursie Park Chalet
24-jun Bako NP excursie, transfer Kuching Harbouw View
25-jun Kuching Harbouw View
26-jun Red Ape: Nanga Sumpa longhouse
27-jun Red Ape: Sungai Mawang jungle kamp
28-jun Red Ape: Keladan Pengirup jungle kamp
29-jun Red Ape: Nanga Sumpa longhouse
30-jun Red Ape: terug naar Kuching Telang Usan
1-jul Vlucht naar Sandakan Sandakan hotel
2-jul Selingan/Sepilok/Sukau excursie Kinabatangan Riverside Lodge
3-jul Selingan/Sepilok/Sukau excursie Park Chalet
4-jul Selingan/Sepilok/Sukau excursie Sandakan hotel
5-jul bus (ov) Kota Kinabalu Sabah Oriental
6-jul Kota Kinabalu strand Berenggis
7-jul Kota Kinabalu strand Berenggis
8-jul Kota Kinabalu strand Berenggis
9-jul Vertrek vanaf Kota Kinabalu
10-jul Aankomst Amsterdam