Dag 15 Huangshan – Nanjing
Vandaag maakte we een behoorlijke busrit van zo’n zes uur in de richting van Nanjing, de hoofdstad van het Zuidelijke China met ruim acht miljoen inwoners.
Onderweg genoten we van een ‘geweldig’ opgenomen tv programma wat ze in de bus uitzonden; een vaag feest met belachelijke (slechte) optredens door een man met lang haar die ondertussen op het podium steeds hele kannen met bier leegdronk, al dan niet gemixt met Cola. Aparte show, met… hoe zal ik het zeggen… best wel vreselijke muziek.
We vonden het dan ook niet erg toen we waren aangekomen en we de benen weer mochten strekken. In Nanjing is het lastig om een taxi te vinden (westerlingen weigeren ze hier vaak als klant), maar uiteindelijk wisten we toch een taxi te regelen die ons naar het hostel wilde brengen.
In het hostel vroeg een meisje of ze tegenover me mocht zitten, tuurlijk dat is prima. Vervolgens begon ze ijverig aan haar huiswerk te werken terwijl het gewoon zomervakantie is, vreemd! Wij gingen naar buiten voor een goede Chinese maaltijd in een vrij chique restaurant en toen we enkele uren later terugkwamen was het meisje nog steeds huiswerk aan het maken… erg ijverig…
Wij gingen weer eens wat kaarten en tijdens het kaarten sprak een vrouw van 27 ons aan die zich afvroeg welke taal we spraken. Ze vertelde ons dat ze enorm blij was dat haar ouders voor het eerst sinds tijden weer eens langs konden komen voor haar verjaardag op de volgende dag. Ze studeerde toerisme en het is haar droom om ook ooit een hostel te openen.
Opvallend is het dat er in de hostels vooral veel meisjes te vinden zijn. Dit schijnt te maken te hebben met de eenkindspolitiek: wanneer er een vrouw wordt geboren mogen de ouders het nog een keer proberen om voor een jongen te gaan. Meisjes zijn vaak ongewenster en moeten het huis eerder verlaten: hierdoor zijn ze zelfstandiger en veel assertiever dan jongens. Jongens blijven in dit land lang bij hun ouders wonen om de boel later over te nemen, hierdoor zijn ze veel verlegener en reizen ze ook niet echt.
Ook grappig was het effect dat het woord Facebook had. In China is er sprake van sterke censuur: je komt sites als Facbook en Twitter amper op, dit kan alleen via allerlei ingewikkelde omwegen. Naast ons zat een groepje Chinezen enthousiast te kaarten en toen ik zag dat een Chinese jongen verderop wel op Facebook kon zij ik vrij luid hé, hij zit wel op Facebook. Dit woord uitspreken had hetzelfde effect als Voldermort uitspreken op Zweinstijn: iedereen was meteen stil en staarde me aan alsof ik iemand vermoord had…
Dag 16 Nanjing
Vandaag begonnen we de dag met een bezoek aan het museum over de ‘verkrachting van Nanjing’.
Nanjing heeft een vrij droevige geschiedenis. In de periode van de Tweede Wereldoorlog veroverde Japan grote delen van China waarbij ze zich niet altijd even netjes gedroegen.
Toen ze Nanjing veroverden slachtte & verkrachtte Japanse soldaten tussen de 200.000 en 300.000 mensen (Japanse versus Chinese cijfers). Ze stalen alles wat los en vast zat en staken ruim 1/3 van alle bouwwerken in de stad in brand.
Al met al is het museum vrij deprimerend, maar dit past natuurlijk goed bij het onderwerp van het museum. Door de wat neerslachtige architectuur en de dramatische muziek maakt het museum een behoorlijke impact en hier heb ik toch weer wat nieuws geleerd over de Chinese situatie tijdens de oorlog. Japan en China haten elkaar zelfs tientallen jaren later nog enorm.
Het museum sloot af met de mooie boodschap dat oorlog geen bron is van goed, maar van kwaad Zwakke landen zullen altijd worden ondermijnd en het is van belang om te leren van het verleden om de vrede te onderhouden zodat we kunnen werken aan een harmonieuze wereld. Mooie boodschap… daar kan China echter nog veel van leren (denk bijvoorbeeld aan Tibet…)
Na het museum namen we opnieuw de metro om een mooi park te bezoeken. In het park hing een relaxte sfeer waar je goed aan de drukte van de stad kan ontsnappen. Onderweg kwamen we nog een Chinees tegen die me cool vond en daarom met me op de foto wilde, het blijft een apart land 😛 Bij het park ligt een meer en hier huurden we een motorbootje om een tochtje te maken over het meer.
De boot was een echte snelheidsduivel met een snelheid van vijf kilometer per uur, maar we vaarden :). Volgens Daniel moesten we niet bakboord of stuurboord, maar kofschip… we hebben hem meteen gedegradeerd tot bootsman. Op een gegeven moment gingen we botsbootje spelen door rakelings langs andere Chinezen in bootjes te varen, de meesten konden onze piraterij gelukkig wel waarderen en zwaaiden vrolijk naar ons.
In de avond bezochten we nog even 1912, een gebied in Nanjing met veel bars en restaurants. Na wat afkoeling te gezocht te hebben bij een aantal met neon verlichtte fonteinen reisden we weer terug naar ons hostel
.